Werkgroep Cardiologische centra Nederland

We have to empower our patients!

Europees hartfalencongres in Gothenburg

Zweden was dit jaar uitverkoren om van 21 – 24 mei het jaarlijkse hartfalencongres te organiseren. Het centrale thema in Gothenburg dit jaar was “co-morbiditeit”. Niet minder dan acht WCN-studies passeerden de revue. Tevens ging de aandacht uit naar nieuwe medicamenten en ontstond discussie over telemonitoring.

Co-morbiditeit
Co-morbiditeit, zoals diabetes, COPD, kanker, hypertensie en nierfalen, blijkt een belangrijk onderwerp in de dagelijkse zorg voor zowel de acute als de chronische hartfalenpatiënt, veelal ouderen. Ongeveer 2500 zorgprofessionals en wetenschappers vanuit diverse disciplines volgden de vele sessies zowel op gebied van basaal onderzoek als de klinische cardiologie. De nadruk lag op educatie, interactie en uitwisseling van het laatste nieuws. Daarbij was er volop discussie of resultaten van recent onderzoek niet alleen richtlijnen, maar werkelijk ook onze praktijk (zullen) veranderen. En meer naar de toekomst, hoe kunnen we het ontwerpen van studies verbeteren.

WCN-studies
De volgende klinische studies waarbij de WCN betrokken is, zowel voltooid, lopend als in de pijplijn, werden belicht: ATMOSPHERE, EMPHASIS-HF, PARADIGM, PARAMOUNT, SHIFT, WARCEF, RED-HF en RELAX-AHF.

Onder andere toonde een substudie van EMPHASIS-HF aan, dat de selectieve aldosteron-antagonist eplerenone toegepast bij patiënten milde symptomen van systolisch hartfalen, het ontstaan van nieuw boezemfibrilleren vermindert. Een interessante discussie ontstond over de toepassing en de plaats bij hartfalen enerzijds en een van de nevenwerkingen, hyperkaliëmie, waarbij een rol lijkt weggelegd voor kaliumbinders (PEARL-HF studie).

Nieuwe medicamenten
Nieuwe medicamenten aan de horizon bij acuut hartfalen zijn onder andere nieuw ontworpen natriuretische peptiden (vaatverwijding, diurese, fibroseremming), guanulaat cyclase activators, cardiale myosine activators (inotroop), calcium modulators en relaxine (RELAX-AHF). Vasopressine antagonisten en adenosine antagonisten bleken in studies weinig effectief. Een combinatie van valsartan én een remmer van het enzym dat natriuretische peptiden (ANP en BNP) afbreekt (angiotensine receptor - neprilysine - inhibitor: LCZ696), wordt momenteel onderzocht in PARADIGM en PARAMOUNT.

Veel aandacht was er ook voor nieuwe biomarkers naast (NT-pro)BNP en troponine, beeldvorming, “device-therapy” (met name CRT, ICD en de combinatie) en interpretatie van translationeel onderzoek (van experiment naar patiënt).

Telemonitoring
De discussie over telemonitoring bleek nog open. Namelijk enerzijds een (Cochrane) meta-analyse die een positief effect van telemonitoring aantoonde op overleving en anderzijds twee recente studies, waaronder de Zuid-Limburgse TEHAF-studie, die geen verschil in ziekenhuisopnames voor hartfalen liet zien in de interventiegroep in vergelijking met de controlegroep met gebruikelijke zorg. Zie ook www.escardio.org (zoekterm ‘telemonitoring’).

Tot slot werd uitgedragen, dat het essentieel is om het zelfzorgvermogen en het nemen van verantwoordelijkheid door de patiënt zelf, ook in de laatste levensfase, te ondersteunen: “we have to empower our patients!”. Zie ook de Europese site:

www.heartfailurematters.org

Gerard Linssen, cardioloog


Paramount-2214: Nieuws